Elke maand gaan we op bezoek bij een bekende of minder bekende Dendermondenaar voor een losse babbel over vroeger, nu en de toekomst. Dit keer klopte Wouter Rogiers aan bij Norbert De Batselier. Hij verliet twee jaar geleden het lokaal en nationaal politiek podium en werd directeur van de Nationale Bank. Wij vroegen ons af hoe het tegenwoordig gaat met de vroegere burgemeester van Dendermonde.
Meneer De Batselier, hoe gaat het met u?
Norbert De Batselier: “Goed, ik heb een gevarieerde job, een aangenaam leven en een goede gezondheid. In mijn huidige job als directeur van de Nationale bank van België ben ik verantwoordelijk voor een departement dat zich met de financiële en economische statistieken bezighoudt. Een ander departement onder mijn leiding is alles wat met chartaal geld (bankbiljetten) te maken heeft.”
Wat houdt u daarnaast nog zoal bezig?
De Batselier: “Ik ben lid van het Instituut van de Nationale Rekeningen en zetel tevens in de Commissie voor Efficiëntie en Effectiviteit van de Overheid. Daarnaast geef ik ook les aan de VUB. Vrij recent werd ik gevraagd als eerste ondervoorzitter van het Ros Beiaardcomité. Zo kan ik toch een link met mijn stad Dendermonde behouden. Ik lees veel en ga af en toe naar zee om er te wandelen of te fietsen. Dus activiteiten genoeg!”
U bent geboren en getogen in Dendermonde. Wat herinner u zich uit uw jeugd?
De Batselier: “Ik liep steeds erg hoog op met mijn veel te vroeg overleden vader. Ik liep school aan het Koninklijk Atheneum van Dendermonde. In mijn jeugd deed ik aan atletiek. Trainen en wedstrijdlopen was een deel van mijn leven. Mijn trainers Piet Roels en Miel De Schrijver hebben me deels gemaakt tot wie ik nu ben. Ik heb veel bijgeleerd over inzet voor anderen, doorbijten en karakter hebben.”
Deed u toen al aan politiek?
De Batselier: “Ik nam al vroeg deel aan de anti-atoommarsen en acties van de jongsocialisten. Op 18-jarige leeftijd werd ik voorzitter van de jongsocialisten van Sint-Gillis. Daarna werd ik nationaal ondervoorzitter en later nationaal voorzitter van de jongsocialisten. Mijn vader speelde als syndicalist een belangrijke rol in mijn politieke carrière. We hadden vaak politieke discussies.”
Hoe kijkt u terug op 12 jaar burgemeesterschap?
De Batselier: “Dit was een ongelooflijke periode. Na 150 jaar CVP leverden de socialisten de burgemeester in Dendermonde. Ik haalde de meeste voorkeurstemmen ooit in de stad. Iedereen verwachtte dat ik mijn ministerschap niet zou opgeven om burgemeester te worden. Ik wou echter mijn kiezers niet teleurstellen en zocht een combinatie met de burgemeesterssjerp. Zo werd ik voorzitter van het Vlaams Parlement.”
Wat zijn, volgens u, de belangrijkste verwezenlijkingen voor Dendermonde toen?
De Batselier: “We maakten van Dendermonde een kunstrijke, propere en bruisende stad. Uiteraard was de aanleg van de Grote Markt een kernelement waar nu iedereen fier over is. Daarnaast was er de bouw van de nieuwe sporthal en de opstart van de dossiers rond de nieuwe bibliotheek en de herwaardering van de Dender. Ook op cultureel vlak hebben we Dendermonde op de kaart gezet, denken we maar aan de uitbouw van het Jazzcentrum, de vernieuwing van Katuit en het Bloemencorso. Daarbovenop konden we de belastingen verlagen. We brachten Dendermonde terug naar een middenpositie op financieel vlak!”
Welke leuke dingen herinnert u zich uit uw politieke carrière? Wat is u bijgebleven?
De Batselier: “Ik herinner me een nachtelijke gemeenteraadsvergadering over de begroting waarbij we er niet beter op vonden om op elke bladzijde opmerkingen en vragen te formuleren. Dit was echt hilarisch. Ook leuk waren de truckjes om als oppositie de leden van de meerderheid voor onze kar te spannen en onrust te zaaien binnen de meerderheidspartij. Totaal iets anders, maar een moment dat ik nooit zal vergeten was mijn afscheid tijdens Katuit van twee jaar geleden. Dat was een prachtige dag. Het doet me veel plezier dat vele mensen die ik nu tegenkom, spreken over het goede van mijn beleid. Dat geeft voldoening.”
Wellicht waren er ook minder leuke kanten aan het politieke leven?
De Batselier: “Jazeker, nederlaag en overwinning liggen in de politiek immers dicht bij elkaar. Wat me altijd zal bijblijven is dat ik gedurende 40-jaar politiek slechts één keer persoonlijk door iemand ben aangevallen. Dit was tijdens een gemeenteraad in Dendermonde. Ik werd toen geraakt in mijn privéleven. Vanuit mijn vrijzinnige levensopvatting vind ik dat je respect en eerbied voor de ander en andere meningen moet hebben en hier ook respectvol moet mee omgaan. Over standpunten discussiëren moet, van iemands privéleven blijft men af.”
Volgt u nu nog het politieke leven in Dendermonde?
De Batselier: “Je zal me niet meer zien op politieke vergaderingen als je dat bedoelt. Eens je de fakkel doorgeeft aan anderen, aan jongeren, moet je niet de schoonmoeder gaan spelen en voortdurend over de schouders meekijken. Ik kan me vanuit mijn nieuwe job geen partijpolitieke uitspraken veroorloven. Uiteraard volg ik de politiek nog. Wie persoonlijk advies vraagt, zowel gemeentelijk als nationaal, kan dat krijgen. En dat gebeurt ook.”
Wat zijn je toekomstplannen? Hoe ziet u uw verdere leven?
De Batselier: “Ik ben volop met een structuurhervorming binnen de Nationale Bank bezig en hoop dat we er ooit toe komen om de overheid efficiënter te laten werken. Ik ben de cursus overheidsmanagement aan de VUB aan het vernieuwen en er is een wetenschapper bezig met een boek over mij. De vele interviews hiervoor boeien me omdat ik op die manier bepaalde zaken over vroegere beslissingen moet opzoeken. Ik hoop ook dat ik in goede gezondheid blijf en dit werkritme nog enige tijd ga kunnen aanhouden.”
Welke boodschap wil je tenslotte aan onze lezers meegeven?
De Batselier: “Ik geef graag twee van mijn levensleuzen mee: ‘In naam van het onmogelijke doet men vaak niet het mogelijke’ en ‘Alles is steeds herbeginnen’. Hiermee wil ik zeggen: luister en beslis en laat je niet beïnvloeden, maar luister wel eerst. Eigenlijk is dit een pleidooi voor duidelijkheid. Ik heb een hekel aan mensen die tegen alles en iedereen ‘ja’ zeggen, maar de beslissingen steeds uitstellen en dat er uiteindelijk niets van komt. Daarom is alles steeds herbeginnen. Stel het belang van een maatschappij boven dat van het individu.” (wr)